Download hele richtlijn

Misselijkheid en Braken

Niet-medicamenteuze behandeling

Er is systematisch gezocht in de literatuur naar het effect van alle soorten niet-medicamenteuze behandelingen van misselijkheid en braken bij kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase. Er is één RCT gevonden over het effect van zelf-hypnose op aanvullend gebruik van anti-emetica en (anticiperende) misselijkheid en braken, bij kinderen met kanker die worden behandeld met chemotherapie (2). Er zijn geen gerandomiseerde studies gevonden over andere medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken bij kinderen in de palliatieve fase. De overwegingen en aanbevelingen voor voedingsadviezen, ontspannings- en afleidingstechnieken en zelf-hypnose zijn geformuleerd op grond van ervaringen van experts en richtlijnen uit de kindergeneeskunde (3) en de volwassengeneeskunde (4).

Aanbevelingen

Belangrijk: Zie algemene aanbevelingen voor aanbevelingen die van belang zijn in elk palliatief traject en in elk stadium van de ziekte van het kind.

Doen
(sterke aanbeveling)

 

  • Bespreek met kind en/of ouders de rol van voeding en de mogelijke verandering daarvan in relatie tot de levensverwachting.
  • Geef voorlichting over de verschillende mogelijkheden wanneer vocht- en voeding niet goed verdragen wordt:
    • Toedienen van kleinere porties oraal vocht.
    • Verminderen van totale hoeveelheid voeding.
    • Eventueel toedienen van sondevoeding of parenteraal vocht.
Overweeg
(zwakke aanbeveling)
  • Overweeg het geven van voedingsadviezen. Betrek hierbij eventueel een diëtist.
  • Overweeg, als de geur van eten tot klachten leidt, het aanbieden van koude maaltijden
  • Overweeg, het kind te laten zuigen op ijsklontje, waterijsje of ingevroren stuk fruit.
  • Overweeg, in het geval van verminderde maagmotiliteit bij kinderen die sondevoeding krijgen, in overleg met een behandelend arts, een switch naar semi-elementaire voeding of blended diet onder begeleiding van een diëtist.

Wat is de meest effectieve niet-medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken bij kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase:

P Kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase.
I Niet-medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken.
C Geen behandeling/placebo.
O Effect op misselijkheid en braken, kwaliteit van leven.

Er zijn geen gerandomiseerde studies gevonden over het effect van voedingsadviezen op misselijkheid en braken en kwaliteit van leven bij kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase.

In de richtlijn ‘Misselijkheid en Braken (4)’ (2014) van het IKNL, zijn de volgende aanbevelingen over voedingsadviezen opgenomen (4): 
a.    Gebruik voedingsmiddelen die goed worden verdragen en waarvan de smaak wordt gewaardeerd.
b.    Frequente kleine maaltijden en tussendoortjes om een lege maag te voorkomen (mits geen sprake is van maagretentie). 
c.    Eventueel koude maaltijden, als de geur van eten tot klachten leidt. 
d.    Gebruik van maaltijden en tussendoortjes op momenten dat de klachten minder aanwezig zijn; benut goede momenten. 
e.    Geef voldoende vocht (minimaal 1,5 l/dag).
f.    Eventueel drinken van cola (met of zonder prik).
g.    Eventueel zuigen op ijsklontje of waterijsje. Soms worden ook stukjes ingevroren/gekoeld fruit gewaardeerd.
h.    Eventueel de inzet van dieetpreparaten, indien handhaving of verbetering van de voedingstoestand (nog) wordt nagestreefd. Een consult van een diëtist is hierbij noodzakelijk. 

De werkgroep benadrukt dat het zelf eten of voeden van een kind, grote emotionele waarde voor ouders en verzorgers heeft (5). Bespreek met kind en/of ouders de rol van voeding in relatie tot de levensverwachting en de mogelijke verandering daarvan.
Als vocht- en/of voeding in de terminale fase niet meer verdragen wordt, kan kunstmatige voeding of vochttoediening overwogen worden. Dit kan op diverse manieren toegediend worden, via diverse sondes, subcutaan of via intraveneuze toediening. Andere opties zijn het toedienen van kleinere porties oraal vocht of het verminderen van totale hoeveelheid voeding.

Het starten en eventueel staken van (kunstmatige) vocht- en voeding moet in goed overleg met kind en/of ouders en het (multidisciplinaire) team en plaatsvinden. De behandeldoelen moeten hierbij helder geformuleerd moeten worden, zie ook: Vocht- en voeding onthouding.

Overweeg het geven van voedingsadviezen. Betrek hier eventueel een diëtiste bij. Als de geur van eten tot klachten leidt, kunnen koude maaltijden aangeboden worden. Ook kan overwogen worden om het kind te laten zuigen op een ijsklontje, waterijsje of ingevroren stukje fruit.
Bij kinderen met chronisch misselijkheid die sondevoeding krijgen, kan in het geval van verminderde maagmotiliteit een switch naar semi-elementaire voeding of blended diet overwogen worden. Dit dient te gebeuren in overleg met de behandelend arts onder begeleiding van een diëtist.

Aanbevelingen

Belangrijk: Zie algemene aanbevelingen voor aanbevelingen die van belang zijn in elk palliatief traject en in elk stadium van de ziekte van het kind.

Doen
(sterke aanbeveling)
  • Zorg voor ontspanning en afleiding, vooral in situaties waarbij angst een rol speelt.

Wat is de meest effectieve niet-medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken bij kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase:

P Kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase.
I Niet-medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken.
C Geen behandeling/placebo.
O Effect op misselijkheid en braken, kwaliteit van leven.

Er zijn geen gerandomiseerde studies gevonden over het effect van ontspannings- en afleidingstechnieken op misselijkheid en braken en kwaliteit van leven bij kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase.

Volgens de richtlijn ‘Misselijkheid en Braken (4)’ (2014) van het IKNL, worden complementaire zorgvormen en psychologische technieken met name toegepast bij misselijkheid en/of braken wanneer psychische factoren (angst en spanning) en conditionering (bij anticiperende misselijkheid en/of braken) een belangrijke rol spelen. Deze vorm van misselijkheid en/of braken reageert vaak slecht op anti-emetica. Inschakelen van een psycholoog en/of een kinderfysiotherapeut kan helpen. Doel van deze begeleiding is ontspanning, afleiding en/of een gevoel van zelfcontrole teweegbrengen (zie handreiking Complementaire zorg). 
De werkgroep is van mening dat ontspannings- en afleidingstechnieken behulpzaam kunnen zijn in situaties waar angst een rol speelt.

Aanbevelingen

Belangrijk: Zie algemene aanbevelingen voor aanbevelingen die van belang zijn in elk palliatief traject en in elk stadium van de ziekte van het kind.

Overweeg
(zwakke aanbeveling)
  • Overweeg zelf-hypnose voor misselijkheid en braken bij kinderen met kanker.

Wat is de meest effectieve niet-medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken bij kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase:

P Kinderen tussen 0 en 18 jaar in de palliatieve fase.
I Niet-medicamenteuze behandeling van misselijkheid en braken.
C Geen behandeling/placebo.
O Effect op misselijkheid en braken, kwaliteit van leven.

Er is zeer lage kwaliteit van bewijs gevonden in 1 RCT dat zelfhypnose aanvullend gebruik van anti-emetica binnen 24 uur verlaagt bij kinderen met kanker die chemotherapie krijgen in vergelijking met standaard behandeling met anti-emetica(2).

Er is zeer laag kwaliteit van bewijs gevonden in 1 RCT dat er geen significant effect is van zelf-hypnose op misselijkheid en braken binnen 24 uur bij kinderen met kanker die met chemotherapie krijgen in vergelijking met standaard behandeling met anti-emetica (2)

Er is zeer laag kwaliteit van bewijs gevonden in 1 RCT dat zelf-hypnose anticiperende misselijkheid 1 tot 2 maanden na diagnose verlaagt bij kinderen met kanker die behandeld worden met chemotherapie in vergelijking met standaardbehandeling met anti-emetica. Er is geen significant effect gevonden van zelf-hypnose op anticiperende misselijkheid 4 tot 6 maanden na diagnose (2).

In ‘Guideline for the prevention and treatment of anticipatory nausea and vomiting due to chemotherapy in Pediatric cancer Patients’ (2014) van Dupuis et al. wordt gesuggereerd dat psychologische interventies zoals hypnose of systematische desensibilisatie kunnen worden aangeboden aan kinderen met anticiperende misselijkheid en braken als gevolg van chemotherapie (3). 

Er lijkt een effect te zijn van zelf-hypnose op supplementair anti-emetica gebruik bij kinderen met kanker in de palliatieve fase (2). Er zijn geen gerandomiseerde studies gevonden over het effect van zelf-hypnose op misselijkheid en braken bij kinderen met niet-oncologische aandoeningen in de palliatieve fase.